Vrouwen hebben weinig inspraak wanneer de arbeidsvoorwaarden worden onderhandeld. Drie kwart van de vertegenwoordigers in de paritaire comités en de subcomités die hierover beslissen  is een man. Toch is het essentieel dat vrouwen hun zegje kunnen doen, aangezien de modaliteiten van een loopbaan worden vastgelegd in deze paritaire comités, volgens Monica De Coninck (minister van Werk, sp.a). (DM 4/06/2013)

In 163 comités onderhandelden 5.368 vertegenwoordigers van werkgevers en vakbonden in  2012 over onze arbeidsvoorwaarden en onze lonen. Slechts 1240 of 23 procent van de afgevaardigden van werkgevers- en werknemerszijde was toen een vrouw. Dit is een vooruitgang ten opzichte van 2008, toen de vrouwelijke vertegenwoordiging minder dan 20 procent bedroeg. Een stijging van 3 procent is niet slecht, maar zeker geen significante verbetering, meent zij-kant. In een jaar waarin de loonkloof tussen vrouwen en mannen –22 procent- amper was verkleind, moet dringend meer actie worden ondernomen.

Logisch dat bij de verdeling van de mandaten de ongelijkheid eveneens zichtbaar is. Twee op de drie voorzitters is een man. De functie van ondervoorzitter wordt dan weer door 56 procent vrouwen bekleed. Dat is dan weer een duidelijk signaal dat er rekening wordt gehouden met genderevenwicht.

zij-kant roept de partners op om verder te blijven werken aan meer v/m evenwicht  in de comités en subcomités zodat vrouwen evenwaardig kunnen meepraten over loon- en arbeidsvoorwaarden.