“Mannen moeten ophouden in de vrouw hun eigendom,
zondenbok, lastdier en pleiziervleesch te zien.”
– Emilie Claeys

Emilie Claeys (1855 – 1943) is als voormoeder van ZIJkant een van de pioniers van de Belgische vrouwenbeweging. Als textielarbeidster stond ze op de barricaden voor gelijk onderwijs, gelijke lonen, het vrouwenstemrecht en geboortebeperking. Feminisme gaat voor Claeys hand in hand met socialisme. Ze gaat geen enkel controversieel onderwerp uit de weg. Dit wordt haar niet altijd in dank afgenomen, zelfs niet binnen haar eigen partij.

Emilie Claeys werd op 8 mei 1855 geboren in een Gents arbeidersgezin. Haar vader was cafébaas, haar moeder een thuiswerkende weefster. Toen haar vader op jonge leeftijd overleed, zorgde zij mee voor de inkomsten van het gezin. Om eten op tafel te krijgen voor haar vier broers en zussen, ging ze aan de slag als spinster in een textielfabriek en als dienstmeisje bij de bourgeoisie.

Tijdens haar werkzaamheden in de textielfabriek zag Claeys hoe slecht vrouwen in de textielarbeid werden behandeld en ontwikkelde ze haar rechtvaardigheidsgevoel en gedrevenheid om maatschappelijke kwesties aan het licht te brengen: “In de fabriek werken we 12 tot 13 uur per dag. Vaak verrichten we hetzelfde werk als de mannen, maar toch krijgen we maar de helft van wat zij verdienen. Niet omdat we minder hard werken of minder goed werk leveren, maar omdat we vrouwen zijn.” (Bron: Rosa vzw)

De rode maagd uit Gent

Toen ze kennis maakte met de socialistische beweging, richtte Claeys in 1886 mee de Socialistische Propagandaclub voor Vrouwen op, de voorloper van ZIJkant vzw. De Club ijverde o.a. voor het vrouwenstemrecht, de financiële onafhankelijkheid van de vrouw en haar recht op arbeid. Gelijkwaardigheid binnen het gezin, in de wet én op de arbeidsmarkt: dat was waar Emilie Claeys naar streefde.

Door haar temperament en levenservaring hield Claeys de Belgische Werklieden Partij (BWP) een spiegel voor. Deze partij, de voorloper van PS en Vooruit, werd zonet door 59 coöperaties opgericht waarbij niet één vrouw betrokken was. In 1891 kon Claeys mee op een formele manier haar schouders zetten onder de socialistische beweging toen ze als eerste vrouw kon toetreden tot het Bureau van de Algemene Raad van de BWP.

Samen met de Nederlandse Nellie Van Kol richtte Claeys in 1893 de Hollandsch-Vlaamsche Vrouwenbond op, een internationaal verlengstuk van de Socialistische Propagandaclub voor Vrouwen. In het daarbij horende maandblad De Vrouw publiceerden ze pleidooien voor o.a. de gelijkheid inzake onderwijs, gelijk loon voor gelijk werk en de afschaffing van de juridische minderwaardigheid van de vrouw. Onder het pseudoniem Lilian schreef Claeys ook pamfletten voor geboortebeperking en voorbehoedsmiddelen, iets wat op dat moment streng verboden was. Het bracht De Vrouw op de katholieke index van verboden lectuur in België en leverde Emilie gerechtelijke vervolging op. In de partijbladen van BWP klonk formele steun voor Claeys tijdens deze polemiek, maar die was zonder daadkracht en actie.

Door de tussenkomst van de Socialistische Propagandaclub voor Vrouwen nam de BWP in 1893 het stemrecht voor vrouwen op in haar programma. Toch bleven de hoge heren van de kerk en het kapitaal tegen het vrouwenstemrecht, alsook tegen het algemeen enkelvoudig stemrecht voor mannen. De liberale en katholieke partij wilden dat de BWP de eis voor het vrouwenstemrecht opgaf, wat uiteindelijk ook gebeurde. Later werd het vrouwenstemrecht herzien en uiteindelijk gerealiseerd in België in 1947, bijna 30 jaar nadat het algemeen stemrecht voor mannen werd ingevoerd.

Progressief en controversieel

Claeys kreeg twee buitenechtelijke dochters van een man die hoger op de maatschappelijke ladder stond, waardoor hij niet met haar wou huwen. Het wakkerde haar feminisme aan. Geïnspireerd door het idee van het ‘vrije huwelijk’ van August Bebel, pleitte ze voor een soort proefhuwelijk van een jaar waarbij nog enige externe controle werd uitgeoefend. Buitenstaanders interpreteerden dit ‘vrije huwelijk’ echter algauw als ‘de vrije liefde’ met korte losbandige seksuele relaties.

Als alleenstaande moeder uit een arbeidersklasse had Claeys niet de middelen om Bebels ideeën in de praktijk om te zetten. Ze slaagde er zelfs niet in om economische onafhankelijkheid te verwerven en werd financieel ondersteund door vrienden.

Geen salonsocialist

Omdat Claeys in 1896 ging samenwonen met een gehuwde man, was dit voor anti-socialisten een gedroomde gelegenheid om een schandaal te creëren rond het socialisme. De katholieke krant Het Volk publiceerde een artikel waarin Claeys beschuldigd wordt van overspel.

Dit schandaal bleek voor Claeys de druppel te zijn van een steeds dieper wordende kloof tussen haar en de BWP. De BWP gaf immers de prioriteit aan de klassenstrijd en stelde de vrouwemancipatie uit tot na de hypothetische socialistische overwinning. Haar eisen voor vrouwenrechten hier en nu vielen in dovemansoren.

Intussen verloor Claeys meer politieke steun inzake vrouwenrechten bij de BWP. Ze achtte haar positie niet langer houdbaar en nam afstand van de BWP. In 1900 keerde ze nog één keer terug naar het socialistische vrouwencongres in de Vooruit in Gent. Maar daar maakten aanwezigen en vooral de nieuwe leidster, Isabelle Gatti de Gamond, duidelijk dat ze er niet meer welkom was.

Er was sprake van een militante burn-out bij Claeys. In latere brieven lezen we wat hiervan de impact was: “Het schandaal dat rond mijn naam werd gemaakt en waar ik nog steeds voor word gemeden en met de vinger gewezen. Neen, geloof mij, ik moet blijven ‘een stillen in den lande’ helpende troostende, opbeurende daar waar mijne hulp gevraagd wordt of noodig blijkt.”

De meerderheid van de leden van de BWP waren opgelucht dat Emilie Claeys, de militante die ‘een tikkeltje te progressief’ was, van het toneel verdwenen was. In hart en nieren bleef Claeys socialistisch en geëngageerd. Ze wendde zich tot een protestantse gemeenschap in Gent en leidde een teruggetrokken, armoedig bestaan tot aan haar overlijden op 16 februari 1943.

Dankzij Emilie Claeys rijpten de geesten en werd de vrouwenbeweging sterker. Ze was een pionier van de vrouwenbeweging en trok een proces van emancipatie op gang, verder uitgedragen door navolgsters, dat uiteindelijk zou leiden tot de toekenning van het stemrecht aan vrouwen in 1948.

Bronnen:

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.